Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De God Israels heeft gezegd, de [4]Rotssteen Israels heeft [5]tot mij gesproken: [Er zal zijn] een [6]Heerser over de mensen, een [7]Rechtvaardige, een Heerser [in de] [8]vreze Gods. 4. Gelijk boven, hfdst.22 vs.2. Vergelijk 1 Kor.10:4. 5. Anders, van mij; verstaande dat David hier verhaalt de profetieen, die God aangaande zijn persoon, koninkrijk en huis geopenbaard had, eensdeels aan David zelven, anderdeels aan de profeten Samuel, Nathan, enz. 6. Versta, onzen eeuwigen geestelijken Koning en Heere Jezus Christus, wiens voorbeeld David, [alsook Salomo] geweest is, en van welken hem God geopenbaard had, dat hij uit zijn zaad [naar het vlees] zou voortkomen. Vergelijk Ps.2:8, en Ps.72:8; Jer.30:21; Micha 5:1. Anderen nemen het als een beschrijving van de deugden en schuldige plichten der regenten, passende ook daarop de volgende gelijkenis, vs.4, als waardoor beduid is de aangenaamheid en nuttigheid van zulke regenten, gelijk David en Salomo geweest zijn, hoewel gebrekkelijk in vele. 7. Zie Jes.53:11; Jer.23:5,6, en Jer.33:15,16; Zach.9:9 met de aantekeningen. 8. Vergelijk Jes.11:2,3.